Ons laatste project van dit jaar heet Zoute Planten. De opdrachtgever is het bedrijf Enza Zaden, deze werkt binnen Seedvalley. Onze opdracht is om een onderzoeksrapport te schrijven waarin staat wat het effect van zout is op de groei van koolplanten. En hierbij moeten we dan vooral kijken naar de wortels.
Het begin van het project ging goed. De plantjes waren al snel binnengekomen. We begonnen met het opstellen van een experiment. Deze kunt kunt u hier vinden. De volgende stap is om de plantjes water met zout te gaan geven. Dit doen we elke maandag en donderdag. De resultaten hiervan meten we elke maandag en donderdag op. Hiermee schrijven we een onderzoeks- en adviesrapport.
Onze resultaten zijn inmiddels binnen en maandag 11 juni presenteren we voor de opdrachtgever. Bij deze presentatie overhandigen wij ook een onderzoeksrapport. Deze vind u hier.
Ons project heet: Zoute planten
Onze opdrachtgever is: Mvr. Wagenaar van Seedvalley
U vind onze opdracht hier.
U vind onze planning hier.
Onze groepsportfolio vind u hier.
Onze opdrachtgever is: Mvr. Wagenaar van Seedvalley
U vind onze opdracht hier.
U vind onze planning hier.
Onze groepsportfolio vind u hier.
Ons onderzoeksrapport vind u door hierop te klikken | |
File Size: | 1056 kb |
File Type: |
Pop
Dit is mijn pop ( Persoonlijk Ontwikkelings Plan ) voor dit project.
Dit project wil ik aan de competentie productgerichtheid werken. Hier voor ga ik een POP maken. Dit doe ik met het SMART-principe.
Specifiek: Ja, mijn doel is om beter te worden in de competentie productgerichtheid te worden.
Meetbaar: Ja, ik ga zorgen dat in ieder geval een deel van het onderzoeksrapport ga schrijven. Hierdoor kan goed ons product verbeteren.
Acceptabel: Ja, dit gaat lukken.
Realistisch: Ja, mijn doel is haalbaar, ik heb met mijn leider afgesproken dat ik een stuk van het onderzoeksrapport kan schrijven.
Tijdsgebonden: Aan het einde van het project wil ik mijn competentie verbeteren want dan gaan we het onderzoeksrapport schrijven.
Dit is mijn pop ( Persoonlijk Ontwikkelings Plan ) voor dit project.
Dit project wil ik aan de competentie productgerichtheid werken. Hier voor ga ik een POP maken. Dit doe ik met het SMART-principe.
Specifiek: Ja, mijn doel is om beter te worden in de competentie productgerichtheid te worden.
Meetbaar: Ja, ik ga zorgen dat in ieder geval een deel van het onderzoeksrapport ga schrijven. Hierdoor kan goed ons product verbeteren.
Acceptabel: Ja, dit gaat lukken.
Realistisch: Ja, mijn doel is haalbaar, ik heb met mijn leider afgesproken dat ik een stuk van het onderzoeksrapport kan schrijven.
Tijdsgebonden: Aan het einde van het project wil ik mijn competentie verbeteren want dan gaan we het onderzoeksrapport schrijven.
STARR
Dit is mijn STARR (Situatie, Taak, Actie, Resultaat, Reflectie)
Situatie: Een dag voor de eind presentatie moesten er nog een aantal dingen worden afgemaakt. En omdat niemand anders dan het initiatief neemt om het te doen, doe ik het. Ik vraag dan wel om hulp maar, die kwam niet. Dus heb ik zelf veel afgemaakt.
Taak: Mijn taak was om de presentatie te maken en het onderzoeksverslag te maken, maar bij het onderzoeksverslag zou ik nog hulp moeten krijgen van andere groepsleden maar ik heb dit allebei helemaal alleen gemaakt.
Actie: Uiteindelijk heb ik dat dus gemaakt maar wel puur omdat het anders waarschijnlijk niet ging gebeuren en we dan een heel groot probleem hadden. Toch had ik er wel graag hulp bij gehad want ik moest ook nog andere dingen doen voor o.a. school. Maar daar ben ik hierdoor niet aan toe gekomen.
Resultaat: We hebben nu een mooi onderzoeksrapport. Hierin staat alles en ik vind hem heel goed gelukt. Hiermee heb ik ook meteen aan mijn POP gewerkt. En ik vind dat deze geslaagd is. De andere vonden het erg fijn dat ik alles had afgemaakt maar ik was er minder blij mee.
Reflectie: Ik had liever hulp gehad in plaats van dat ik het alleen deed, mijn andere schoolwerk heeft er namelijk wel onder geleden. De volgende keer wil ik wel zorgen dat we alles eerder af hebben en als het dan thuis moet worden afgemaakt wil ik ervoor zorgen dat ik niet weer alles alleen moet doen.
Dit is mijn STARR (Situatie, Taak, Actie, Resultaat, Reflectie)
Situatie: Een dag voor de eind presentatie moesten er nog een aantal dingen worden afgemaakt. En omdat niemand anders dan het initiatief neemt om het te doen, doe ik het. Ik vraag dan wel om hulp maar, die kwam niet. Dus heb ik zelf veel afgemaakt.
Taak: Mijn taak was om de presentatie te maken en het onderzoeksverslag te maken, maar bij het onderzoeksverslag zou ik nog hulp moeten krijgen van andere groepsleden maar ik heb dit allebei helemaal alleen gemaakt.
Actie: Uiteindelijk heb ik dat dus gemaakt maar wel puur omdat het anders waarschijnlijk niet ging gebeuren en we dan een heel groot probleem hadden. Toch had ik er wel graag hulp bij gehad want ik moest ook nog andere dingen doen voor o.a. school. Maar daar ben ik hierdoor niet aan toe gekomen.
Resultaat: We hebben nu een mooi onderzoeksrapport. Hierin staat alles en ik vind hem heel goed gelukt. Hiermee heb ik ook meteen aan mijn POP gewerkt. En ik vind dat deze geslaagd is. De andere vonden het erg fijn dat ik alles had afgemaakt maar ik was er minder blij mee.
Reflectie: Ik had liever hulp gehad in plaats van dat ik het alleen deed, mijn andere schoolwerk heeft er namelijk wel onder geleden. De volgende keer wil ik wel zorgen dat we alles eerder af hebben en als het dan thuis moet worden afgemaakt wil ik ervoor zorgen dat ik niet weer alles alleen moet doen.